Tijdens het opbouwen van de kas kon ik het natuurlijk niet maken om iedereen te vragen op zijn tenen te lopen en ook nog op de tegels in plaats van de aarde. Sterker nog, dat was gewoon onmogelijk. Het gevolg was een behoorlijk aangestampte aarde in en om de kas. Wat de schade aan de planten er omheen betreft is het me alles meegevallen. De rode bessenstruik heeft een takje minder, de veldsla had ik voortijdig geoogst en de rozenstruik heeft iedereen uit de buurt gehouden met zijn doornen. Daarbij bleef er ook geen onkruid meer heel en dat is natuurlijk wel leuk.
Toen het in de afgelopen week zulk mooi weer was ben ik vol frisse moed aan de slag gegaan in de kas. Al het overgebleven glas eruit (de grote stukken heb ik bewaard, de rest kon weg) en vervolgens de schop flink diep in de aarde steken en de aarde opwippen. Spitten kun je het niet noemen, daarbij wordt de aarde ook omgekeerd en dat vinden de kleine hardwerkende beestjes doorgaans erg vervelend. Bovendien stond er geen sprietje onkruid meer, dáárvoor was het dus ook niet nodig. Gewoon ‘wat omscheppen’ leek me wel voldoende. De aarde was vooral taai en bleef in grote brokken staan. Ik heb er de (deels) gecomposteerde bladeren over verdeeld en vervolgens nog een zak compost. Nu mogen de gekoesterde diertjes hun werk doen door het door de aarde te werken en de grote brokken fijner te maken. Tegen de tijd dat ik daadwerkelijk wat in de kas wil laten groeien kan ik de aarde nog wel fijner maken met de hark, voorlopig is het wel genoeg.
Als laatste legde ik nog een klein tegelpaadje aan, de praktijk moet uitwijzen of het nog wat breder moet of dat ik zo overal wel bij kan. Hoe meer pad, hoe minder ruimte voor de planten tenslotte.