Het is warm, érg warm. Eigenlijk is het verbazingwekkend hoe groen het op de tuin is, terwijl ik lang niet dagelijks water geef. De planten raken er wat aan gewend, al zullen ze van de huidige hittegolf wel schade oplopen denk ik.
Met dit weer geef ik om de dag water op de tuin. De planten zijn al wat groter (in het voorjaar zou ik het elke dag doen met zulke warmte) en kunnen wat meer hebben. De vaste planten krijgen zelfs sporadisch. Het is dan ook te hopen dat er komend weekend weer water valt, anders zal ik toch wat meer moeten sjouwen met gieters. Voor vanavond is de voorspelling dat het zelfs om 22 uur nog 31 graden is hier. Eigenlijk geen weer om met gieters te gaan sjouwen… Maar goed, het is niet anders.
Om zo nu en dan toch wat op de tuin te kunnen doen, ga ik op zulke warme dagen ook wel eens ’s ochtends vroeg naar de tuin. Om 8 uur stap ik op de fiets en om 10 uur ga ik meestal weer naar huis. Het is dan al warm zat op de tuin, maar het is beter uit te houden dan ’s middags.
Zo ging ik ook gister. Na het onkruid trekken en her en der wat tomatenplanten dieven, ging ik met de gieters in de weer. Met mijn gedachten bij al dat bloeiende spul in de tuin, stapte ik het afstapje bij de sloot af en boog me voorover om de gieter in het water te steken. Plots klonk er een nijdig, overweldigend geblaas bij mijn hoofd. Ik schrok me een hoedje en sprong achteruit. De moederzwaan verdween weer uit mijn zicht, achter de heg. Ze was niet minder geschrokken dan ik, toen ik uit het niets verscheen, zo dicht bij haar jonkies in de buurt. Het scheelde misschien een meter en ze had me niet kunnen zien aankomen. Nou, ze heeft haar kroost goed verdedigd want ik maakte dat ik wegkwam.
Aan de andere kant van het complex zit gelukkig ook een sloot en daar heb ik toen mijn water maar vandaan gehaald. Een uur later wilde ik toch nog even kijken of ik de zwanen op de foto kon zetten, als ze tenminste niet meer zo dichtbij waren. Héél voorzichtig kwam ik aanlopen en kon ik om het hoekje kijken. Ik kreeg één seconde van Moeder Zwaan. Daarna jaagde ze me weer weg. Oké oké, ik ga al. De jonge zwaantjes kon ik thuis op mijn fototoestel wel bekijken.
