Vandaag heb ik de yacon geoogst. Het was gewoon jammer om die prachtige plant bij de grond af te snijden, maar goed, anders had de vorst het wel gedaan.
Ik had twee planten staan, een grote en een klein. Van de kleine kwamen een stel losse knollen, van de grote is een hele grote, vergroeide knol als oogst gekomen, met het gewicht van 3 kg! Gezien het vrij late tijdstip dat ik deze plant in mijn tuin heb gezet is dit waarschijnlijk nog niet eens een verrassend grote knol.
Maar voor mij is het een joekel! Ik was ontzettend nieuwsgierig naar de knol onder de grond en het is een leuke verrassing. Na het oogsten van de kleine yacon hebben we meteen maar even wat geproefd. Het schijnt dat je de stengel kunt eten als een soort bleekselderij. De stengel zag er niet erg aantrekkelijk uit maar toen we deze doormidden sneden snapten we waarom. Even schillen vergrootte de aantrekkelijkheid aanzienlijk. En dan is het inderdaad een frisgroene stengel. Bleekselderij kun je rauw eten maar de stengel van de yacon is toch wel vrij hard. Misschien zal het gekookt beter smaken. Na het afsnijden van de dikke rand bleef er nog een heel dun, zacht en groen reepje over. Het smaakte naar… tsja, niks eigenlijk.
En dan de knol. Die heb ik vorig jaar eens geproefd op mijn werk en dat was toen wel lekker. En inderdaad, een lekker, fris en knapperige knol. De structuur is van een stevige peer, de smaak gaat richting meloen. Appel kun je er ook nog wel in proeven. Nou ja, een nieuwe smaak eigenlijk, ‘yaconsmaak’.
Tijdens deze proeverij kwamen nieuwsgierige tuinders even kijken. Het werd een heuse ‘yacon-proeverij’. De meningen waren verdeeld. Iemand haakte af onder het mom ‘wat de boer niet kent dat eet hij niet’, een ander wilde z’n halve tuin er mee volzetten en een derde zou het zeker niet gaan verbouwen. Geeft niet, variatie moet er blijven.
De kleine knolletjes (niet op de foto) heb ik apart gehouden om volgend jaar in de tuin te poten en het eerste knolletje is al gewisseld van eigenaar.
—
Wat is de yacon ook alweer? Lees voor wat informatie nog eens het blogbericht van 5 juli