Ik verwonder me er elk jaar weer over, hoe kapucijners kunnen groeien terwijl ze nog bij de kou in de grond gestopt zijn. Terwijl talloze plantjes nog bij mij thuis in de vensterbank staan en nog aan het afharden zijn op het balkon, schieten de kapucijners al de lucht in. Geen kou die ze tegenhoudt. In ieder geval, niet dit jaar. Met hun ragfijne stengeltjes grijpen ze zich aan elkaar vast om de ruimte tot de stokken te kunnen overbruggen. Hoe ze elkaar toch altijd weten te vinden is nog zo’n raadsel. Het blijft bijzonder.