Ik was lekker bezig in mijn tuin. Thuis had ik een hele serie plantjes al opgekweekt en stukje bij beetje verdwenen ze naar de tuin. De koolplanten zijn goed aangeslagen en groeien… nou ja, als kool eigenlijk. De meloenen stonden ook mooi op tijd in de kas en leken al gesetteld. Maar toen kwam de week met heel veel regen. En met de regen kwamen ook de vraatzuchtige, glibberige slakken. In grote getalen.
Ik had verwacht dat het in de kas wel mee zou vallen. Tenslotte blijft het daar vrijwel droog. Maar helaas. Opeens waren drie prachtige meloenplantjes tot het laatste blaadje opgevreten. Ik kon wel huilen. Met het opkweken kwamen ze al niet zo goed op en met moeite had ik drie gezonde plantjes opgekweekt. Er stond nog een vierde in de vensterbank maar die had luis gekregen, een kwetsbare start. Maar goed, dit kwetsbare meloenplantje is misschien wel de enige kans op vruchten. Want ik ben wel van plan om nogmaals te zaaien, maar met zo’n enorme achterstand is het nog even de vraag hoe goed de meloenen nog rijpen. En waar koolplanten, sla en tomatenplanten overal te koop zijn in tuincentra, is dat met meloenplanten een schaarser verhaal. Ik heb er zelfs nog nooit eentje in de winkel gezien.
Het laatste meloenplantje staat inmiddels in de kas, bedolven onder een berg slakkenkorrels. Ook dan nog liggen de slakken alweer op de loer. Het blijft dus nog even spannend. De berg slakkenkorrels is vandaag weer even aangevuld en verder is het afwachten.
Naast het nuttigen van de meloenplanten hebben de slakken zich ook tegoed gedaan vele kropjes sla (daar hoeven we ons in ieder geval niet meer scheel aan te eten, al zou het fijn zijn als er nog wat overblijft), de enige pompoenplant en de beide courgetplanten. Hmmm. De laatste kan ik nog wel eens zaaien. Met een beetje aanmoediging komt dat nog wel goed. Want tegen deze bestorming kan geen gezonde plant tegenop: